Van af en toe ruziemaken klaart de lucht op, maar niet iedereen is er even goed in. Wat is dat eigenlijk, een goede ruzie? Goed ruzie maken in 6 stappen! En: hoe maken Pluslezers ruzie?
Ruzie maken in 6 stappen
- Wees duidelijk. Benoem het gedrag van de ander dat je stoort en vertel welke gevoelens dat bij jou veroorzaakt.
- Zeg wat je wilt. Stel geen eisen of ultimatums maar beschrijf je wensen.
- Luister actief. Laat elkaar uitpraten en probeer je in te leven in elkaars standpunt. Wat bedoelt de ander nu werkelijk?
- Kies je strijd. Pot ergernissen niet op, maar flap er ook niet alles uit. Vraag jezelf eerst af hoe belangrijk een ergernis is en slaap er een nachtje over. Vind je het de volgende dag nog steeds belangrijk, zeg er dan iets van.
- Koel af. Word je erg emotioneel, neem dan een time-out. Zeg tegen je gesprekspartner dat je nu iets anders gaat doen omdat je te boos bent en dat je er later op terugkomt.
- Laat oude patronen los. Merk je dat je weer in een negatief ruziepatroon trapt, zeg dan ‘stop’ tegen jezelf en probeer het opnieuw.
- Maak zo nodig je excuses (‘sorry dat ik zo fel reageerde’).
Hoe maken Pluslezers ruzie?
In de wekelijkse nieuwsbrief van PlusOnline vroegen we aan Pluslezers hoe ze omgaan met ruzie. De resultaten:
Pluslezers zijn geen ruziemakers. 34 procent maakte méér dan een half jaar geleden voor het laatst ruzie, of zelfs nooit. Voor 16 procent was de laatste ruzie een half jaar geleden, en voor slechts 10 procent was dat vandaag of gisteren.
Met wie maken Pluslezers ruzie? Met hun partners (50 procent) met hun kinderen (10 procent) en met winkeliers of andere dienstverleners (11 procent).
Hoe ziet zo’n ruzie eruit?
80 van de 330 deelnemers (24 procent) zegt dat er vooral heel erg geïrriteerd op elkaar wordt gereageerd. 11,5 procent bereikt meestal een compromis. Zo goed gaat het helaas niet altijd. 7,5 procent maakt elkaar onredelijke verwijten en bij 6 procent loopt één van beiden tijdens de ruzie kwaad weg.
Lost ruziemaken iets op?
Ja en nee. 40 procent voelt zich na een ruzie minder boos en gekwetst. En 27,5 procent voelt zich juist bozer en gekwetster dan daarvoor.
In het huwelijk van Lea en Kees vallen weinig harde woorden. Als Lea het niet met haar man eens is, dan houdt ze dat voor zich. En Lea is bepaald niet de enige.
Uit onderzoek van de Universiteit van Irvine blijkt dat 25 procent van de stellen zegt nooit ruzie te maken, omdat ze het altijd met elkaar eens zijn. Vreemd natuurlijk, want niemand denkt altijd precies hetzelfde over álle dingen.
Dus hoe zit dat? De werkelijkheid is dat veel mensen ruziemaken moeilijk vinden. Ze zijn bang om de ander te kwetsen of om conflicten op te rakelen en sussen de boel omwille van de lieve vrede. Dat geldt niet alleen voor ruzies binnen het huwelijk, maar ook met familie, collega’s en vrienden.
Het uit de weg gaan van conflicten is meestal een diep ingesleten patroon, dat al bestaat sinds de vroege jeugd. Vooral vrouwen zijn opgevoed met het idee dat ze lief en aardig moeten zijn. Je kreeg bijvoorbeeld alleen positieve aandacht als je braaf was en precies deed wat je ouders zeiden. Door dergelijke ervaringen heb je onbewust geleerd dat je maar beter je mening voor je kunt houden. Lief zijn loont. Vervolgens kost het tientallen jaren om dat ‘lieve’ keurslijf van je af te schudden en voor jezelf op te komen.
Het ‘ketelpatroon’
Ruzie uit de weg gaan is niet gezond. Je pot emoties op en slikt irritaties in. Je ontwikkelt wrok en dat vreet aan je. Dat is slecht voor zowel de geestelijke als lichamelijke gezondheid. Uit onderzoek van de Universiteit van Boston blijkt dat vrouwen die ruzies vermijden een vier keer zo grote kans hebben om vroegtijdig te overlijden, als vrouwen die wél ruzie durven maken. Voor mannen geldt iets soortgelijks.
Bovendien werkt het wegdrukken van irritaties vaak maar tijdelijk. Houd je boosheid en ergernissen in, dan kan het ‘ketelpatroon’ ontstaan. Wekenlang slik je van alles: vieze voeten op de schone vloer, ongewild familiebezoek en flauwe grappen. De spanning bouwt zich op, totdat er iets kleins gebeurt dat in het verkeerde keelgat schiet. De ketel explodeert en je gooit alle opgespaarde ergernissen eruit. Juist omdat je ruzie uit de weg gaat, ontstaat er een ruzie van enorm formaat, eentje die niet in verhouding staat tot de kleine irritatie die eraan vooraf ging. Misschien lucht het even op, maar het helpt ondertussen wel een goede relatie om zeep.
Verkeerd ruzie maken
Je hebt niet alleen een probleem als je géén ruzie durft te maken, maar ook als je dat op de verkéérde manier doet. Zo heeft Eric (55) de neiging zijn mening door te drijven als hij op verzet stuit. Hij luistert nauwelijks naar tegenargumenten. Zijn inmiddels volwassen dochter Veerle pikt dit niet meer en hierdoor eindigen haar bezoekjes regelmatig in heftige ruzies.
Ook Corry (55) maakt vaak op een onhandige manier ruzie. Zo kreeg ze op haar werk onlangs gratis kaartjes voor een concert. Daar wil ze haar zus Willy mee verrassen. Als Corry de kaartjes laat zien, zegt Willy: “O, die gasten ken ik wel. Dat hoeft van mij niet zo.” Corry voelt zich afgewezen en reageert gepikeerd: “Ik dacht dat je het leuk zou vinden om samen uit te gaan!” Ze loopt beledigd weg en de sfeer is verpest.
Corry laat zich meeslepen door een ruziepatroon dat veel mensen wel kennen: op een negatieve manier invullen wat de ander zegt, vaak onterecht. Zo betrekt Corry de lauwe reactie van haar zus op zichzelf. In plaats van het concert, is zíj niet goed genoeg. Voel je je snel persoonlijk afgewezen, dan is de kans groot dat je last hebt van een negatief zelfbeeld en dat op anderen projecteert. Je hebt geen hoge pet op van jezelf en gaat ervan uit dat anderen er net zo over denken. Daardoor ben je overgevoelig en vat je elk mogelijk puntje van kritiek op als een persoonlijke aanval.
Ook met de vuisten
Net zoals Eric en Corry, maken veel mensen steeds op dezelfde manier ruzie, volgens een vast patroon. Een negatief ruziepatroon kan zich uiten in schelden, verwijten maken, of oude koeien uit de sloot halen. Negatieve patronen maken van ruzies pijnlijke aangelegenheden die je relatie en vriendschappen ondermijnen. Van dringender belang is dat ze je gezondheid schaden: van slecht opgeloste ruzies kun je ziek worden.
Zo blijkt uit onderzoek van TNO dat ruzies op de werkvloer jaarlijks verantwoordelijk zijn voor maar liefst tussen de 70.000 en 100.000 ziekmeldingen. En zo’n 4 procent van de partners vecht ruzies niet alleen met woorden uit, maar ook met de vuisten, met alle lichamelijke en geestelijke gevolgen van dien.
Ruzie hoeft niet alleen maar ellende te veroorzaken. Integendeel. Een ruzie – mits op de juiste manier gedaan – is in principe goed voor beide partijen. Een ruzie dwingt je om stil te staan bij elkaars belevingswereld, het zorgt ervoor dat je elkaar beter begrijpt en leert kennen. Kom je er samen uit en maak je het weer goed, dan versterkt dat de onderlinge band.
Hoe ouder je bent, hoe lastiger het is om met negatieve patronen te breken. Een patroon dat al veertig jaar bestaat, laat zich niet zomaar in een paar dagen omturnen. Automatisch in de verdediging schieten is vaak zo’n vanzelfsprekendheid dat je er niet eens meer bij stilstaat, net zoals gaan schelden, je aangevallen voelen of je boosheid inslikken. Merk je dat je vaak op een negatieve manier ruziemaakt, dan is er gelukkig geen man over boord. Het is heel goed mogelijk om met negatieve ruziepatronen te breken en goed ruzie te leren maken.
Water bij de wijn
Goed luisteren tijdens een conflict is de eerste stap. Niet meteen het balletje venijnig terugkaatsen, maar luisteren naar wat er gezegd wordt. Wat bedoelt de ander nu werkelijk? Waarom zegt de ander ‘nee’ of heeft hij of zij kritiek? Waar gaat het precies over: over een ding, een gebeurtenis, een ander persoon of over jou? Laat de ander uitpraten en probeer je in te leven in zijn of haar standpunt. Door niet alleen te hóren wat die ander zegt, maar dat ook te begríjpen, kun je negatieve ruziepatronen overstijgen.
Probeer vervolgens het probleem op te lossen of te komen tot een oplossing. Wees niet te trots om een eventuele fout toe te geven, het gaat niet om je ego of om wie er gelijk heeft, maar om een oplossing te vinden voor het probleem. Meestal zul je een compromis moeten sluiten. Uit onderzoek blijkt namelijk dat 69 procent van de conflicten, althans binnen het huwelijk, niet dusdanig op te lossen is dat beide partijen hun zin krijgen. Water bij de wijn doen is dus het devies.
Ben jij degene die iets wil aankaarten? Wees dan heel concreet. Gooi het niet op de persoon (Jij ook altijd met je…!!), maar benoem het gedrag dat je stoort. En vertel welke gevoelens dat bij jou veroorzaakt.
Emotionele besmetting
Met een oud ruziepatroon breken, gaat met vallen en opstaan. Merk je dat je weer in een negatief ruziepatroon trapt, zeg dan ‘stop’ tegen jezelf en probeer het opnieuw. Maak zo nodig je excuses of zeg: ‘Laten we dit even opnieuw doen’. Je kunt eventueel uitleggen waarom, bijvoorbeeld door te zeggen: ‘Ik heb de neiging te snel in de verdediging te schieten, en train mezelf om beter te luisteren’. Het is nooit te laat om een positieve draai aan een ruzie te geven.
Merk je dat je nieuwe manier van ruziemaken beter werkt dan je oude patroon, dan werkt dat belonend. Het stimuleert je om de volgende keer weer op die manier ruzie te maken. Langzaam maak je je een nieuw, gezonder patroon van ruziemaken eigen.
Het kan natuurlijk ook zijn dat jij wel goed ruziemaakt, maar de ander niet. Die schiet in de verdediging, begint te schelden of heeft lange tenen. Blijf rustig en positief. Je voorkomt daarmee dat de situatie escaleert.
Bovendien bestaat de kans dat de ander ook rustiger wordt. Het fenomeen ‘emotionele besmetting’ speelt daarbij een rol. Mensen nemen onbewust de gezichtsuitdrukking en lichaamshouding aan van degene met wie ze samen zijn. Uit onderzoek blijkt dat emotionele besmetting vooral de positieve kant op werkt. Mensen zijn eerder geneigd om een lach over te nemen dan een getergde frons.
Conflicten aangaan? Gewoon doen!
Ben je niet gewend om conflicten aan te gaan, dan is het belangrijkste om dat gewoon eens te doen. Je merkt dan vanzelf dat de wereld niet vergaat als je het met een ander oneens bent. Dat wordt gemakkelijker als je jezelf voorhoudt dat je niet verantwoordelijk bent voor hoe een ander zich voelt. Ook Lea, uit het begin van dit artikel, probeerde deze tactiek. Op een dag is Lea in een winkel en er dringt een gehaast uitziende man voor. Lea schraapt al haar moed bij elkaar en gaat op haar strepen staan: ‘Pardon, ik ben nu aan de beurt’. Boos en onwillig gaat de man akkoord. Met zweet in de handen, maar trots staat Lea weer op de roltrap. Dat voelt best goed! denkt ze.
Hoe oud en ingesleten je patroon van ruzie vermijden of maken ook is, elke positieve ervaring die je ermee opdoet is er één. En al die keren tellen bij elkaar op. Op een dag wordt op de juiste manier ruziemaken vanzelf een patroon. En het is nooit te laat om te beginnen.
- Plus Magazine