maar vergeten de rente
Nederlandse huishoudens hebben in de eerste helft van 2014 bijna 6,6 miljard euro meer spaargeld gestort, dan opgenomen bij Nederlandse banken. Hierdoor hadden zij eind juni meer dan 335 miljard euro op binnenlandse spaarrekeningen staan.
Dit niveau is niet eerder bereikt. Per huishouden komt dit gemiddeld neer op ruim 44.000 euro. Maar dat betekent zeker niet dat ieder gezin zo ’n bedrag tot zijn beschikking heeft. Tachtig procent van het spaargeld is in handen van 20 procent van de bevolking. Dat betekent dat er voor de overige 80% van de huishoudens maar een bedrag van een paar maandsalarissen overblijft!
Jaarlijks blijft er anderhalf miljard euro liggen
Dat Nederlanders meer dan ooit sparen betekent niet dat ze heel goed op de rentestand letten. Volgens een groot spaaronderzoek van de LeasePlan Bank laten zij jaarlijks ongeveer anderhalf miljard euro aan spaarrente liggen, door te weinig op de hoogte van de rente te letten. ,,Een ijverig spaarvolk als Nederland, waar negen op de tien mensen tussen de 25 en 65 jaar spaart, kan hier flinke winst behalen. Gemiddeld wel 200 tot 300 euro per huishouden”, aldus de LeasePlan Bank.
Geen idee over hoogte rentepercentage
Het blijkt dat twee derde van de Nederlandse spaarders geen idee heeft hoe hoog het rentepercentage van zijn of haar spaarrekening precies is. Ruim de helft noemt zichzelf dan ook een ‘slapende spaarder’. Dat is een spaarder die niet echt bezig is met de hoogte van de rente en zelden of nooit switcht van spaarbank of spaarrekening. Als er al overgestapt wordt, dan is een (tijdelijk) hogere rente de belangrijkste reden. Het renteverschil moet dan groter zijn dan 0,5 procent.
Maar 4% zoekt naar hoogste spaarrente
Bijna alle deelnemers aan het onderzoek geven aan het afgelopen jaar te hebben bezuinigd op de uitgaven. Toch is maar 4 procent actief op zoek naar de hoogste spaarrente. Meer dan driekwart laat het geld bij een bank staan waar de rente relatief laag is. Al deze mensen lopen rente mis. Reizen is het meest populaire spaardoel (59%), gevolgd door woninginrichting (43%) en lekker eten en uitgaan (40%).
