Koopavonden werden in de eerste helft van dit jaar drukker bezocht dan een jaar eerder, aldus onderzoeksbureau RMC. Hiermee wordt de dalende trend van de afgelopen jaren voor het eerst doorbroken.
Het gaat om stijgingen van ongeveer 4 en 9 procent op donderdag- en vrijdagavonden. De verschillen tussen steden zijn wel groot. Zo wordt in Arnhem, Breda en Zwolle een stuk meer gewinkeld dan in Den Bosch, Emmen en Delft. Volgens RMC heeft dat te maken met de grootte van het winkelgebied, het aantal toeristen en een eventuele permanente koopzondag in de stad.
Afschaffen?
De afgelopen jaren daalde de drukte op de koopavond stevig. Op donderdag met zo’n 40 procent met uitschieters naar meer dan 50 procent in een aantal steden. Op vrijdag was de afname beperkter, zo’n 25 procent. De koopavond afschaffen is daarom een veelgehoord geluid.
Daar moet het onderzoeksbureau echter niets van weten. 'Op de koopavond zijn consumenten vaak doelgerichter waardoor de omzet in winkels toeneemt. Wat ons betreft is het geen koopavond óf koopzondag, maar koopavond én koopzondag. Online winkels zijn immers altijd open', zo schrijft RMC.
Winkeltijdenwet
Sinds de invoering van de Winkeltijdenwet in 1996 is het voor winkeliers mogelijk om van maandag tot en met zaterdag van 6.00 uur 's ochtends tot 22.00 uur 's avonds open te zijn. Toch blijven de winkeliers in de meeste steden trouw aan de donderdag- en vrijdagavonden. Die werden in de jaren vijftig gekozen, omdat het loon van veel arbeiders op die dagen binnenkwam.
Bent u het met RMC eens? Of vindt u dat de koopavond best afgeschaft mag worden? Laat het ons weten.
