Een oom van me heeft een slechte diagnose gekregen met een beperkte levenshorizon. Hij wil nu nog snel een deel van zijn spaargeld weggeven zodat we én gebruik kunnen maken van de jaarlijkse vrijstelling én van de vrijstelling erfbelasting. Mag dat?
Op zichzelf is daar geen bezwaar tegen, maar u moet als ontvanger van de schenking rekening houden met de 180-dagenregeling. Deze regeling houdt in dat wanneer iemand schenkingen doet en binnen 180 dagen na de schenking overlijdt de schenking meetelt bij de nalatenschap voor de berekening van de erfbelasting. Het bedrag van de jaarlijkse vrijstelling (€2.658) wordt dan bij de nalatenschap opgeteld en is dan belast met erfbelasting. Mocht oom dus binnen 180 dagen na de schenking overlijden dan is er maar een keer de vrijstelling van €2.658. Uw oom moet dus lang genoeg leven om zijn plan te laten werken, proberen kan hij het natuurlijk altijd.
N.B. De 180-dagenregeling kent één uitzondering: de eenmalige verhoogde schenking (van maximaal €31.813 in 2024) die ouders aan hun kinderen die tussen de 18 en 40 jaar oud zijn, mogen schenken. Die schenking wordt niet opgeteld bij de erfenis.
Nico van Scheijndel houdt hij zich met name bezig met de afwikkeling van nalatenschappen, als Register Executeur, boedelgevolmachtigde of adviseur vanuit zijn bedrijf Akto, uw erfcoach en meer www.akto.nu. Nico van Scheijndel is medeauteur van de almanak Erven en Schenken van Plus Magazine.