Camelia’s horen bij de oosterse tuin, maar verdienen ook een volwaardige plek in alle andere tuinen. Klimaatswijziging is er niet voor nodig. Steeds meer hybriden zijn bestand tegen flink wat vorst.
1. Toch ‘tuinvast’
De camelia groeit van oorsprong voornamelijk in het oostelijke Himalayagebied, China, Japan en meer zuidwaarts tot in Maleisië. In totaal zijn er meer dan 82 soorten geregistreerd. Vooral japonica-soorten en hybriden zijn geschikt voor onze tuinen, zelfs zonder veel winterbescherming. De meeste selecties weten een temperatuur van -18°C perfect te overleven.
2. Knappe bloemknoppen
Deze oosterse plant is een echte lentebode. Haar bloemknoppen schuiven vanaf maart al open. Dat maakt ze kwetsbaar, want hoewel de plant zelf tegen een graadje vorst kan, kunnen de geopende bloemen dat niet. Gelukkig openen ze gespreid over vier tot zes weken, zodat eventuele vorstschade steeds beperkt blijft. Hoe ouder de plant, des te rijker ze trouwens gaat bloeien. Vandaar ook de raad om steeds met een goed uitgegroeid exemplaar te starten.
3. Kies kleur en maat
Aangezien maart-april de ideale plantperiode is, staat uw plant op het moment van aankoop in bloei. Daarmee kunt u ineens vorm en kleur van de bloem beoordelen. Hoe anders te kiezen uit het rijke assortiment van minstens vijfduizend hybriden? Uitzonderingen op de voorjaarsbloei zijn o.a. de Belgische variëteit Camellia japonica ‘Nobilissima’, die bloeit van oktober tot en met april en de C. sasanqua: die vooral in oktober-december bloeit met eerder kleine bloemen en eventueel een bescheiden herbloei in het voorjaar. Zowat de meest winterharde is ‘April Remembered’ die tot -25° aankan.
4. De echte theeplant
Is het u niet zozeer om de bloem te doen, maar wil u voor uzelf of voor uw gasten groene thee uit eigen tuin? Kies dan voor de C. sinensis ‘Sinensis’. Hij heeft bescheiden witte bloempjes, maar is de echte theecamelia. Deze plant is echter een koukleum. Plant haar in een pot en bewaar ze beschermd tegen de vrieskou.
5. Planttips
Hoewel de plant goed vorstbestendig is, geeft u haar toch een beschutte plek. Maak een ruim plantgat en meng de uitgegraven aarde met heidegrond of turf. Snoeien hoeft in regel niet. Maar moet het gebeuren, doe het dan onmiddellijk na de bloei. Dat is ook het moment om eventueel bij te mesten. Camelia kent namelijk tot drie groei-pieken per jaar. Vooral de groeipiek in het vroege voorjaar is belangrijk. Vanaf dan laat de Camelia zijn twijgen uitrijpen en vormt hij bloemknoppen voor het volgende seizoen.