Over snoeien bestaan veel misvattingen. Moet je een clematis nu in de herfst of juist in het voorjaar aanpakken? Kun je de bloei ermee bevorderen? En is het erg om níét te snoeien?
Misvattingen
Over snoeien bestaan veel misvattingen. De grootste misvatting is dat snoeien moet, dat snoeien goed zou zijn voor bomen en struiken. Alsof die wel zouden varen bij een programma van systematische amputatie. Dat is natuurlijk onzin. Bomen en struiken zijn levende wezens en bij het afhakken van ledematen hebben zij geen voordeel. Snoeien past in óns straatje. Wij hebben er voordeel van, niet de boom of struik. Tuinieren is niets anders dan de baas spelen over de natuur. Een tweede misvatting is dat snoeien op een precies tijdstip hoort te gebeuren, bijvoorbeeld op de tweede zaterdag na Pasen om drie uur ’s middags. Natuurlijk is er een optimale tijd voor alles in de tuin, maar die tijd kan aardig worden opgerekt.
Waarom snoeien?
Waarom snoeien we überhaupt? Dat gebeurt meestal om de bloei te bevorderen, om de oogst te vergroten of omdat een boom te groot is geworden voor de hem toegedachte plaats. En een enkele maal omdat we een buxusstruikje in de vorm van een kip of pauw willen snoeien. Vormsnoei wordt dat laatste genoemd.
Wanneer bloeit die plant?
Heesters en sierbomen kun je – wat snoeien betreft – in twee groepen verdelen: de vroegbloeiende (vóór de langste dag) en de laatbloeiende. Vroege bloeiers, zoals bijvoorbeeld de forsythia en de ribes hebben hun bloemknoppen al voor de winter aangelegd. Vandaar hun vroege bloei. Zou je dergelijke struiken in het najaar of de winter snoeien, dan is er geen man overboord, maar dan snoei je wel het grootste deel van de bloemknoppen weg. Snoei ze dus direct na de bloei.
Laatbloeiers
Laatbloeiers snoei je ook na de bloei, maar bij deze bomen en struiken valt de snoeitijd in september. Of in oktober, november en december; het doet er niet zoveel toe, zolang je maar niet tot laat in de winter wacht want dan is de groei allang weer begonnen. De sapstroom – het transport van vocht voedingsstoffen in een boom of struik – komt vroeg op gang.
Uitzondering laatbloeiers
Laatbloeiers snoei je dus vanaf september, maar er is één uitzondering. En die geldt voor struiken die niet gegarandeerd winterhard zijn, zoals tuinfuchsia’s, vlinderstruiken, en sommige rozen. De snoei van deze categorie kun je beter tot het voorjaar uitstellen.
Weg met dat dorre blad
Hetzelfde verhaal geldt voor klimplanten, zoals clematis. Vroege bloeiers, zoals Clematis montana, snoei je na de bloei in mei en latere bloeiers in september of oktober. Als je een laatbloeiende clematis koopt, dan lees je op het etiket dat je de plant pas in het vroege voorjaar moet snoeien. Nonsens; een clematis heeft veel deugden, maar een van zijn ondeugden is dat hij ’s winters hardnekkig zijn oude verdorde blad vasthoudt. Dat is geen mooi gezicht. Wie zich geen winter lang wil ergeren, kan dus beter in het najaar snoeien. Tenzij het een soort is die mooie zaadpluizen maakt waarvan je ook ’s winters kunt genieten.
Op krachten
Maar snoeien draait niet uitsluitend om het verkrijgen van meer bloemen of het vergroten van de oogst. Er kunnen ook cosmetische redenen zijn; er zijn bijvoorbeeld heesters die alleen om hun decoratieve winterbeeld worden aangeplant. Ik denk aan heesters als Cornus alba ‘Sibirica’ met koraalrode takken, of Cornus stolonifera met olijfgroene takken. Naarmate de takken van deze struiken ouder worden, krijgen ze een minder intense kleur. Het is dus zaak om ze regelmatig tot aan de grond toe terug te snoeien. Gedraag je in dezen niet als een robot, maar kijk naar het resultaat van je acties: als een struik er doordat hij elk jaar gesnoeid wordt minder vitaal gaat uitzien, sla dan eens een jaartje over. Dan kan hij weer op krachten komen voordat er een nieuwe aanval wordt ingezet.
Bloei uitstellen
Ten slotte kunnen er praktische redenen zijn waarom je snoeit: stel dat je van half juni tot half juli met vakantie gaat, waardoor je de bloei van je geliefde clematis ‘Nelly Moser’ dreigt te missen. Dan snoei je de plant halverwege het voorjaar nog eens flink terug waardoor je de bloei met een maand kunt uitstellen.
Bloei manipuleren
Of stel dat je een hortensia ‘Annabelle’ in de tuin hebt (en wie heeft dat niet?) die elk jaar na een onweersbui met zijn topzware moppen van bloemen naar de grond buigt. Dan snoei je die nu eens niet tot de grond terug; je knipt alleen de uitgebloeide bloemen weg waardoor de bloemhoofden kleiner zullen worden maar wel aan steviger stengels zullen staan. Snoeien is manipuleren.
Terugknippen om bloei te spreiden
Bij vaste planten heb je het niet over snoeien, maar over terugknippen. Terugknippen doe je niet om de bloei te bevorderen, maar om planten compact en stevig te houden opdat ze later in het seizoen niet omvallen. Je gebruikt hiervoor geen snoeischaar maar een heggenschaar. Dat werkt een stuk sneller. Maar er is nog een andere reden waarom je vaste planten terugknipt: om de bloei in de tijd te spreiden. Knip de helft van de stelen van floxen, campanulas en herfstasters voor de langste dag terug, en de bloei duurt tweemaal zo lang.
Tweede of derde bloei
En ook een tweede of zelfs derde bloei kan worden uitgelokt door vaste planten als bieslook, vrouwenmantel, tuingeraniums, en riddersporen na de bloei tot aan de grond toe terug te knippen. Experimenteer vooral en snoei en knip naar hartenlust, maar houd één ding in het achterhoofd: niet snoeien is geen ramp. De plant heeft er niet om gevraagd.
- Plus Magazine