Is er iets te doen aan droge ogen door contactlenzen?

Veel mensen zweren bij contactlenzen. Scherp zicht zonder dat je een bril op moet, is natuurlijk ook heel prettig. Maar contactlenzen kunnen ook voor problemen zorgen. Zo zijn droge ogen een veel gehoorde klacht onder dragers van contactlenzen; maar liefst 30-50 procent van de contactlensdragers geeft aan hier regelmatig last van te hebben.

Droge ogen door lenzen herken je aan de volgende symptomen:

• Tranende ogen
• Rode ogen
• Wazig zicht
• Geïrriteerde en/of gevoelige ogen
• Het gevoel dat er 'iets' in je oog zit

Lensdragers hebben sneller last van droge ogen omdat lenzen de zuurstoftoevoer naar het oog beperken. Moderne contactlenzen zijn al een stuk beter van vroeger, omdat ze meer zuurstof doorlaten. Toch krijgen veel mensen die lenzen dragen tegen het einde van de dag vaak last van droge ogen. Hoe erg iemand daar last van heeft, verschilt van persoon tot persoon. Wat veel mensen niet weten: kalmeringsmiddelen, zoals oxazepam en diazepam kunnen vooral bij mensen die contactlezen dragen droge ogen veroorzaken.

Hoe ontstaan die droge ogen?

Droge ogen ontstaan op het moment dat er te weinig traanvocht wordt aangemaakt, het traanvocht te snel verdampt of van onvoldoende kwaliteit is. Door het gebruik van contactlenzen functioneren kliertjes in de oogleden die voor een olieachtige laag op de traanfilm zorgen, soms minder goed. Hierdoor verdampt het traanvocht sneller en worden de ogen droger. Ook verkeerd gebruik van je lenzen kan droge ogen veroorzaken. Dan moet je denken aan:

• Het te lang dragen van lenzen. Draag je je lenzen langer dan de maximale draagtijd, dan drogen ze sneller uit. Je lenzen gaan dan je traanvocht gebruiken om zich te bevochtigen, waardoor je droge ogen krijgt. Check dus altijd je gebruiksaanwijzing of verpakking om te zien hoe lang je je contactlenzen in mag houden.
• Maak je je lenzen niet voldoende of niet goed schoon, dan hoopt er vuil op en drogen ze sneller uit. 
• Het dragen van - voor jou - verkeerde lenzen. Soms helpt het bijvoorbeeld om over te stappen naar meer zuurstof doorlatende contactlenzen. Daglenzen zijn ook geschikter voor droge of gevoelige ogen, omdat je bij daglenzen geen lensvloeistof gebruikt.
• Het dragen van te oude lenzen. Lenzen laten steeds minder zuurstof door naarmate ze slijten en beschadigen.
• Het conserveermiddel in lenzenvloeistof kan ook droge ogen veroorzaken. Er zijn speciale contactlensvloeistoffen die geschikt zijn voor droge ogen. Gebruik sowieso nooit vloeistof die ouder is dan de vervaldatum die op de verpakking staat. 

Maakt het nog uit of je harde of zachte lenzen draagt?

Lensdragers hebben sneller last van droge ogen omdat de lenzen zelf ook traanvocht nodig hebben om goed te functioneren. Een harde lens drijft op de traanlaag, een zachte lens is dicht in contact met het oogoppervlak. Voor beide geldt dat ze de kwaliteit en de functionaliteit van de traanlaag negatief kunnen beïnvloeden. Door lenzen wordt er bovendien vaak minder zuurstof naar je oog toegevoerd omdat je oog simpelweg bedekt is met een laagje materiaal wat er niet hoort. Bij harde lenzen is dit vaak erger dan bij zachte lenzen.

Wat kun je zelf doen?

• Reinig je lenzen voldoende, draag ze niet te lang en gebruik de juiste lenzenvloeistof
• Vervang versleten of beschadigde lenzen direct.
• Wissel het gebruik van lenzen regelmatig af met een bril.
• Knipper voldoende met je ogen.
• Kijk niet langer dan 20 minuten op een beeldscherm en neem dan pauze.
• Zorg voor voldoende luchtvochtigheid in huis door bakjes met water aan de verwarming te hangen of een luchtbevochtiger aan te schaffen.
• Geef je ogen rust door regelmatig in de verte te staren.
• Draag buiten zoveel mogelijk een zonnebril.
• Maak een oogkompres van natte washandjes en leg dit op je gesloten ogen.
• Vermijd rokerige ruimtes, ruimtes met airconditioning en plekken waar het winderig is zoveel mogelijk.
• Gebruik kunsttranen (oogdruppels). Let op: niet alle oogdruppels zijn geschikt voor lensdragers.

Welke oogdruppels kun je gebruiken als je lenzen draagt?

Oogdruppels met het bepaalde conserveermiddelen, zoals benzalkoniumchloride, mogen niet in combinatie met zachte lenzen gebruikt worden. Dit conserveermiddel kan met de contactlenzen reageren en kan ze onomkeerbaar troebel maken en zelfs schade toebrengen aan je ogen omdat het bindt aan de contactlens. Oogdruppels zonder conserveringsmiddelen kunnen probleemloos worden gebruikt bij zowel zachte als harde lenzen. Volg bij het druppelen van de ogen altijd de instructie van de bijsluiter. Voor de meeste kunsttranen geldt dat de contactlenzen uit gedaan moeten worden. Een kwartier na het druppelen, kun je de lenzen weer in doen.

Wanneer een arts je oogdruppels, oogzalf of ooggel voorschrijft, bijvoorbeeld voor glaucoom of een ooginfectie, kan het verstandig zijn om helemaal geen contactlenzen te dragen. Overleg dat met de specialist.