Genieten van de zon? Bescherm jezelf!

Met een zonnebrandmiddel word je óók bruin

zonnen
Getty Images

Gingen we eerst en masse zonnebrandcrème smeren om huidkanker te voorkomen, de laatste jaren zijn er steeds meer mensen die daar weer meer stoppen. Ten onrechte.

In zonnebrandcrème zitten minuscule nanodeeltjes die een groot deel van de zonnestraling weerkaatsen of chemische filters die de straling absorberen. Deze stoffen zijn volgens sommige mensen nóg schadelijker voor onze gezondheid dan de uva- en uvb-straling in zonlicht. Reden dus om maar helemaal geen zonnebrandproducten meer te gebruiken. Maar is dat wel verstandig?

Nanodeeltjes: niets aan de hand

Titanium- en zinkoxide leggen een dun beschermend laagje op de huid. Maar om een wit waasje tegen te gaan, worden ze vaak tot nanodeeltjes verwerkt. Die nanodeeltjes zijn zo klein dat ze door de huid zouden kunnen gaan en zo het lichaam kunnen binnendringen. Onderzoek bij muizen toonde inderdaad aan dat nanodeeltjes behoorlijk schadelijk kunnen zijn als ze in het lichaam terechtkomen. Maar de muizen die bij dit onderzoek werden gebruikt, kregen de nanodeeltjes in enorm hoge concentraties binnen via hun drinkwater. De deeltjes drongen dus niet door de huid heen. En dat kán ook helemaal niet: nanodeeltjes kunnen niet door de hoornlaag (de bovenste cellenlaag van de huid). Zolang je je zonnebrandcrème niet opeet maar smeert, heb je dus niets te vrezen.

Chemische filters: straling is gevaarlijker

Ook maken sommige mensen zich zorgen over de eventuele schadelijke effecten van chemische filters en andere chemische stoffen in zonnebrandproducten. Die chemicaliën zijn inderdaad enigszins omstreden, maar er is geen wetenschappelijk bewijs dat ze echt schadelijk zijn. Onderzoek toonde wél aan dat de zon een bedreiging voor de gezondheid is. Elk jaar krijgen tienduizenden mensen huidkanker, meestal veroorzaakt door een overdosis uv-licht. Zo’n overdosis krijg je als je te vaak, te lang in de zon zit. De uva- en uvb-stralen in zonlicht beschadigen de huid én het DNA in huidcellen. Vooral als je huid vaak verbrandt, loop je risico.

Smeren tegen huidkanker

Om zonneschade te voorkomen, kun je twee dingen doen: niet lang in de zon blijven en als je toch in de zon zit, een zonnebrandmiddel gebruiken. Uit Zweeds onderzoek is gebleken dat mensen die een zonnebrandmiddel met een beschermingsfactor (SPF) van 15 of hoger gebruiken, het risico op alle soorten huidkanker (inclusief melanoma) verminderen. Ja, er was óók een onderzoek dat aantoonde dat mensen die vaak een zonnebrandproduct gebruiken eerder melanomen krijgen. Maar de proefpersonen in dit onderzoek hadden een veel te lage SPF gebruikt en véél en lang in de zon gezeten, waardoor ze uiteindelijk toch te veel zonneschade opliepen.

En de vitamine D-productie?

Dan zijn er nog mensen die geen zonnebrandcrème gebruiken omdat het de aanmaak van vitamine D zou tegengaan. Maar je hoeft helemaal niet uren te zonnebaden voor de vitamine D-productie: als je van mei tot half september dagelijks 15 tot 20 minuten je handen en armen of je benen en gezicht aan zonlicht blootstelt, wordt er al voldoende vitamine D aangemaakt – zelfs op een bewolkte dag. Alleen mensen met een donkere huid en vijftigplussers zouden iets langer in de zon moeten blijven voor voldoende vitamine D.

Wel smeren en toch bruin worden

Je wordt ook bruin als je een zonnebrandmiddel gebruikt, zelfs als die factor 50 heeft. Een korte uitleg. Er zijn twee vormen van bruinen. De snelle vorm zien we bij mensen die al na één zonnig weekendje een kleurtje hebben. Het pigment dat al in hun huid opgeslagen lag, wordt door de uva-straling in zonlicht vrijgezet. Dit bruine tintje vervaagt weer snel. In de trage vorm zorgt uvb-straling ervoor dat de pigmentcellen nieuw pigment aanmaken. Omdat het vers pigment is dat geleidelijk is aangemaakt, is dit het bruin dat langer beklijft.

Als we een goed zonnebrandproduct gebruiken, beschermt dat tegen uva- én uvb-straling. De snelle bruining zal dan nauwelijks plaatsvinden, dus duurt het langer voordat je huid een kleurtje krijgt. De trage bruining vindt wél plaats, alleen langzamer. Factor 4 blokkeert zo’n 75 procent van de uvb-stralen, factor 15 circa 93 procent en factor 50 ongeveer 98 procent. Maar zelfs die 2 procent van het uvb-licht dat ondanks die factor 50 onze huid bereikt, zet de bruining in gang – alleen minder snel. Komt nog eens bij dat deze percentages alleen gelden als je van het zonneproduct een héél dikke laag opsmeert. En dat doet praktisch niemand. Factor 50 in een dun laagje opgebracht wordt zomaar gereduceerd tot een factor 10 à 15. Met een zonnebrandmiddel word je dus wel degelijk bruin, alleen langzamer en met minder risico op verbranding en huidschade.

Vaker smeren moet

Veel mensen gebruiken de factor om te berekenen hoelang ze in de zon kunnen blijven. Met factor 10 zou je 10 keer langer van de zon kunnen genieten zonder te verbranden. Ook hier geldt dat die berekening alleen klopt als je het zonneproduct in een dikke laag aanbrengt. Bovendien: alle zonnebrandcrèmes zijn na ongeveer twee uur uitgewerkt, óók die met factor 50. Je moet het product dus elke twee uur opnieuw aanbrengen. En als je in het water bent geweest, moet je ook opnieuw smeren, zelfs als je een waterbestendig product hebt gebruikt. Want ook dat spoelt voor een deel van je huid. Een zonnebrandproduct mag waterbestendig heten als de helft van de beschermingsfactor nog op je huid zit nadat je twee keer 20 minuten in verwarmd water bent geweest. En na het baden droog je je waarschijnlijk af en verdwijnt er nog een deel van je huid.

Verantwoord genieten

Geniet dagelijks een kwartiertje van de zon tijdens een wandeling, op een terrasje of als je in de tuin aan het werk bent. Ga je echt zonnebaden: smeer een zonnebrandmiddel met minimaal factor 30. Smeer vóórdat je de zon in gaat en doe dat ook achter je oren, in je nek en onder je kin. Voelt je huid na een tijdje toch warm of geïrriteerd aan: trek je terug in de schaduw! Als de zon op haar hoogste punt staat (in Nederland is dat tussen 12 en 15 uur), is de afstand van de zon tot de aarde kleiner, is de straling sterker en verbrand je eerder. Dan blijf je liever helemaal uit de zon.

Bron 
  • Plus Gezond