Ik ben van plan om mijn dochter geld te schenken. Onder de voorwaarde dat zowel mijn dochter als ik in 2015 nog in leven zijn en nog contact hebben. Wanneer krijgen wij in dat geval te maken met de heffing van schenkbelasting. Maakt het voor de beantwoording van mijn vraag nog uit of ik in 2015 nog in Nederland woon?
Antwoord
In uw geval is er sprake van een schenking onder opschortende voorwaarde. Voor de wet komt deze tot stand op het moment dat het aanbod is aanvaard (in uw geval: 2010). Een nieuwe wetswijziging (1 januari 2010) in de Successiewet bepaalt dat een schenking onder opschortende voorwaarde voor de schenkbelasting tot stand komt op het moment dat deze voorwaarde wordt vervuld. In uw geval is dat dus in het jaar 2015.
Als de schenker in Nederland woont op het moment dat de opschortende voorwaarde in vervulling gaat, betekent dat de schenking in Nederland tot stand komt. Er bestaat een aanvullende bepaling die met zich mee brengt dat een Nederlander die emigreert geacht wordt nog tien jaar in Nederland te wonen (fictie). Voor een buitenlander is deze termijn één jaar.
[ITEMADVERTORIAL]
Onafhankelijk van het moment dat u zou emigreren, bent u op grond van deze tienjaarstermijn in 2015 dus nog fictief in Nederland woonachtig (2010 plus 10 is 2020). De schenking van u aan uw dochter is dus in Nederland belast met schenkbelasting. Als we uitgaan van de op dit moment (2010) geldende tarieven en vrijstellingen en van het feit dat uw dochter op het heffingsmoment (2015) ouder is dan 35 jaar, is alleen de algemene vrijstelling van ouders aan kinderen van toepassing (2010: € 5.000).
Nicole Goud is afgestudeerd in zowel civiel als fiscaal recht en werkt bij het Instituut voor Fiscale Kennisoverdracht als specialist op het gebied van Estate Planning.
- geldenrecht.nl