Truc met risico’s
Mensen met flink wat spaargeld op de bank betalen een hogere eigen bijdrage voor het verpleeghuis. Met een testament kun je proberen de eigen bijdrage te verminderen, maar het effect daarvan is beperkt. Hoe zit dat precies?
Verpleeghuiszorg is duur. De overheid neemt het grootste deel van de kosten voor haar rekening, maar mensen die zorg krijgen dragen ook zelf bij door middel van een eigen bijdrage. Die eigen bijdrage hangt af van het inkomen en van de leefsituatie. Wie nog een partner heeft die thuis woont, betaalt altijd de lage eigen bijdrage van ongeveer €180 tot €960 per maand. Het is ook mogelijk om verpleeghuiszorg thuis te krijgen. Ook dan betaal je altijd de lage eigen bijdrage.
Is er geen thuiswonende partner meer, dan betaal je de eerste vier maanden de lage eigen bijdrage en daarna een hoge eigen bijdrage. Deze hoge eigen bijdrage is gevreesd, omdat hij voor mensen met veel spaargeld en/of een hoog inkomen kan oplopen tot €2650 (2023). Kun je dat niet uit je inkomen betalen, dan moet je hiervoor dus interen op je vermogen. Op de website van het CAK (www.hetcak.nl) kun je uitrekenen hoe hoog de eigen bijdrage is bij welk inkomen en vermogen.
De meeste mensen willen zo lang mogelijk beschikken over hun spaargeld
Vermogen verlagen
Wil je voorkomen dat je later een hoge eigen bijdrage moet betalen? Dan kun je proberen je vermogen te verkleinen. Dat kan door geld uit te geven of te schenken. Als het de bedoeling is dat de kinderen het geld krijgen, kun je bijvoorbeeld alvast schenkingen doen. Als een kind (of zijn of haar partner) nog geen 40 jaar is, kun je eenmalig €28.947 belastingvrij schenken. Heb je deze eenmalige schenking al gedaan of is het kind ouder, dan kun je jaarlijks €6035 belastingvrij schenken. Aan anderen kun je €2418 belastingvrij per jaar schenken, bijvoorbeeld aan kleinkinderen, broers en zussen, neven en nichten en goede vrienden. Aan een erkend goed doel kun je zoveel schenken als je wilt, zonder dat het goede doel hierover belasting hoeft te betalen.
Een verpleeghuisclausule
Schenken heeft als nadeel dat je het geld niet meer zelf kunt gebruiken. De meeste mensen houden graag zo lang mogelijk de beschikking over hun volledige spaarpot, zodat ze voldoende geld hebben. Ze willen het geld pas overdragen aan hun kinderen als ze daadwerkelijk naar het verpleeghuis gaan.
Het testament met verpleeghuisclausule komt aan die wens tegemoet. De verpleeghuisclausule is een bepaling in het testament, die ervoor kan zorgen dat vermogen naar de kinderen gaat op het moment dat de langstlevende ouder naar het verpleeghuis gaat. Als de eerste partner overlijdt, krijgt de langstlevende de volledige erfenis in handen. De kinderen krijgen alleen een vordering op de langstlevende ouder. Dat betekent dat ze een bepaald bedrag tegoed hebben. Dit tegoed krijgen ze in principe pas uitgekeerd bij overlijden van hun langstlevende ouder, maar met een verpleeghuisclausule in het testament kan dat dus eerder. Op deze manier wordt het vermogen van de langstlevende kleiner, precies op het moment dat hij of zij wordt opgenomen. Tot die tijd kan hij of zij dus nog vrij over het geld beschikken.
De praktijk valt tegen
Het lijkt heel slim om precies op het moment van opname spaargeld door te sluizen naar de kinderen. Maar in de praktijk valt dat tegen. De eigen bijdrage wordt namelijk niet berekend op basis van het inkomen en vermogen in het jaar van opname, maar op basis van de belastingaangifte van twee jaar daarvoor. Zo’n verpleeghuisclausule heeft dus géén direct effect op de eigen bijdrage, je merkt het pas veel later. De eerste tijd moet de opgenomen ouder de eigen bijdrage betalen op basis van het volledige vermogen. De wet kent geen uitzonderingen voor de situatie dat het vermogen in de tussentijd kleiner is geworden. De opgenomen ouder moet dus aanvankelijk een relatief hoge eigen bijdrage betalen met een relatief klein vermogen.
Pas na twee jaar gaat de eigen bijdrage omlaag. Het is de vraag of de langstlevende ouder twee jaar in het verpleeghuis blijft wonen. Soms overlijden mensen al voor die tijd. De verpleeghuisclausule heeft dan geen enkele zin gehad.
Niemand weet hoe het leven gaat lopen. De verpleeghuisclausule werkt maar in één situatie, waarin één ouder overlijdt en de ander naar het verpleeghuis gaat. Als één ouder thuis blijft wonen en de ander naar het verpleeghuis gaat, werkt de verpleeghuisclausule niet omdat het testament pas in werking treedt als de eerste ouder is overleden. Als één ouder thuis blijft wonen, is de eigen bijdrage minder hoog, dus het verlagen van het vermogen is dan ook minder relevant.
Beide ouders in verpleeghuis
Als beide ouders in een verpleeghuis worden opgenomen, werkt de verpleeghuisclausule ook niet. In dat geval moet het vermogen dus gebruikt worden voor de eigen bijdrage. Als de ouders een huis achterlaten dat verkocht wordt, gaat ook de opbrengst daarvan op den duur meetellen voor de eigen bijdrage. Maar ook hiervoor geldt dat dit pas gebeurt twee kalenderjaren nadat het huis is verkocht.
Maar weinig mensen die in het verpleeghuis wonen, raken hierdoor een groot deel van hun spaargeld kwijt. Meestal kunnen ze de eigen bijdrage helemaal of grotendeels betalen van hun AOW en aanvullend pensioen. Het spaargeld blijft dan voor het grootste deel bewaard voor de erfgenamen.
Rekenvoorbeelden
Situatie zonder testament
Jan wordt in 2023 opgenomen in een verpleeghuis. Zijn vrouw Thea is drie jaar geleden overleden. Het netto jaarinkomen van Jan is €32.000 en zijn vermogen bedraagt €150.000 (in het peiljaar 2021). De twee kinderen van Jan en Thea hebben allebei een vordering van €25.000 op Jan, die ze pas krijgen als Jan is overleden.
● Jan betaalt de eerste vier maanden: €373 per maand.
● Jan betaalt daarna: €2024 per maand.
Jan kan de eigen bijdrage uit zijn inkomen betalen. Hij hoeft dus niet in te teren op zijn vermogen.
Situatie met testament met verpleeghuisclausule
Thea heeft in haar testament bepaald dat de vordering van de kinderen opeisbaar is als Jan wordt opgenomen in een verpleeghuis. Zijn vermogen daalt daardoor naar €100.000 in 2024. Verder is de situatie gelijk aan de situatie zonder testament.
● Jan betaalt de eerste vier maanden: €373 per maand.
● Jan betaalt daarna tot eind 2025: €2024 per maand.
● Jan betaalt vanaf 2026: €1858 per maand.
Deze berekeningen zijn gebaseerd op het inkomen van Jan in 2021 en op de belastingheffing en regelgeving zoals die nu is. Er is geen rekening gehouden met veranderingen in de toekomst. Als het vermogen van Jan daalt, bijvoorbeeld door schenkingen of uitgaven, daalt de eigen bijdrage ook. Je kunt zelf een proefberekening maken op www.hetcak.nl