Kerstbuffet om samen te maken

Salade van witte bonen en ansjovis

Voorgerecht voor 8 personen. Bereidingstijd 25 minuten + 30 minuten wachttijd.

• 4 blikken witte bonen van 400 ml
• 600 g augurk
• 4 witte uien
• 16 à 20 ansjovisfilets
• 4 el witte wijnazijn
• 2 tl suiker
• 10 el (raapzaad)olie
• 2 handenvol bladpeterselie
• zout en peper

Laat de bonen in een zeef uitlekken, snij de augurken in piepkleine blokjes, snipper de uien en hak de ansjovis fijn. Roer in een kom een dressing van de azijn, suiker en olie. Schep de bonen, augurk, ui en ansjovis erdoor. Laat de salade minstens 30 minuten marineren. Breng op smaak met zout en peper. Vlak voor het serveren: hak de peterselie fijn (behalve twee takjes) en meng de peterselie door de salade. Verdeel de salade over 8 schaaltjes en garneer met blaadjes peterselie.

Vruchtencompote

Bijgerecht voor 8 personen. Bereidingstijd 30 minuten.

• 600 g gele pruimen
• 600 g appels
• 600 g peren
• 10 à 12 el suiker
• 300 ml appelsap
• het sap van 2 citroenen
• 2 vanillestokjes
• 2 kaneelstokjes
• 8 kruidnagels
• 6 piment­bessen

Halveer de pruimen en verwijder de pit. Schil de appels en de peren, verwijder het klokhuis en snij de vruchten in dunne partjes. Laat de suiker in een steelpan met dikke bodem licht karamelliseren. Blus af met het appel- en citroensap. Voeg de specerijen toe, breng aan de kook, leg het fruit in de karamelsiroop en kook de moes in 5 minuten zachtjes gaar. Verdeel de compote over 8 glazen.

Walnotenroomsoep

Voorgerecht voor 8 personen. Bereidingstijd 25 minuten + 20 minuten kooktijd.
Extra nodig: staafmixer.

• 400 g gepelde walnoten
• 4 uien
• 8 el boter
• 6 el bloem
• 1½ l groente­bouillon
• 300 ml slagroom
• citroensap
• zout en peper
• 20 extra walnoten (gehalveerd) om te garneren

Hak de walnoten fijn en snipper de uien. Fruit de uien in een grote pan met dikke bodem langzaam glazig in de boter. Strooi de bloem erover en bak nog 1 minuut, zonder te kleuren. Bak de walnoten heel even mee. Blus af met de bouillon en laat 15 minuten zachtjes koken. Schenk de slagroom erbij en pureer de soep met de staafmixer. Verdun zo nodig met extra bouillon of laat nog iets inkoken tot de juiste dikte. Breng op smaak met citroensap, zout en peper. Vlak voor het serveren: warm de soep op en zet de staafmixer er kort in om hem schuimig te kloppen. Schep de soep in kommen en leg er een paar halve walnoten in als garnering.

Gevulde kipfilet  

Hoofdgerecht voor 8 personen. Bereidingstijd 40 minuten + 1 uur wachttijd.
Extra nodig: keukenmachine of hakmolen + cocktailprikkers of keukentouw.

• 12 sneetjes witbrood van 1 dag oud
• 500 ml melk
• 2 sjalotjes
• 6 takjes tijm
• 2 tl boter
• 2 eieren
• versgeraspte nootmuskaat
• 8 kipfilets met huid, van 150 gram elk
• 50 g gesmolten boter
• zout en peper
• 800 g bloemkoolroosjes
• 4 tl citroensap
• 800 g broccoliroosjes

Verkruimel het witbrood (dit gaat het makkelijkst in een keukenmachine of hakmolen) en doe de kruimels in een kom of schaal. Verwarm de melk in een steelpan. Schenk de melk over het broodkruim en laat 30 minuten weken. Snipper de sjalotjes en ris de tijm van de takjes. Fruit de sjalotjes in de boter glazig. Schep de sjalotjes met de tijm door het geweekte broodkruim. Breek de eieren erboven. Kneed de broodmassa goed door en breng op smaak met zout en nootmuskaat.
Snij de kipfilets horizontaal in, maar niet helemaal door. Vul de inkeping met het broodmengsel. Maak de opening weer dicht met cocktailprikkers of keukentouw. Bestrooi de kipfilets rondom met zout en peper.
Verwarm de oven voor op 180 °C. Leg de kipfilets met de huidzijde boven in een braadslede. Bestrijk ze rondom met gesmolten boter. Laat de kip in de oven in 20 à 25 minuten gaar worden. Haal de filets uit de oven en verwijder de prikkers of het keukentouw. Snij ze in plakjes en rangschik ze op een schaal.
Kook de bloemkool in water met zout en het citroensap in 10 tot 12 minuten beetgaar. Kook in een andere pan de broccoli in 4 à 5 minuten beetgaar. Schep de uitgelekte groenten rond of naast de kip.

Tip
De kipfilets kun je ook van tevoren vullen met het broodmengsel, daarna in vershoudfolie wikkelen en in de koelkast bewaren tot ze de oven in moeten. Haal ze een half uur voor het bakken uit de koeling om op kamertemperatuur te komen.

3 extra bijgerechten

In plaats van de bloemkool- en broccoliroosjes van het hoofdgerecht kun je ook kiezen voor deze bijgerechtjes.

1. Groene kool  

Bijgerecht voor 4 personen. Bereidingstijd 40 minuten.

• 400 g malse groene koolbladeren
• 2 sjalotjes
• 3 el boter
• 3 el kruim van oudbakken witbrood
• zout, peper

Kook de schoongewassen kool-bladeren 10 minuten in gezouten water. Schep ze in een bak ijswater (om het garingsproces te stoppen) en laat ze daarna goed uitlekken. Fruit in een grote ­hapjespan de gesnipperde sjalotjes glazig in de boter. Strooi het broodkruim erover en roerbak het goudbruin. Leg de koolbladeren erbij en warm nog even goed door. Strooi er zout en peper over.

2. Spruitjes  

Bijgerecht voor 4 personen. Bereidingstijd 35 minuten.

• 700 g schoongemaakte spruitjes
• 1 mespunt baksoda
• 1 gesnipperde ui
• 3 el boter
• 80 g spekblokjes
• vers­geraspte nootmuskaat
• zout
• 4 el kruim van oudbakken witbrood

Kook de spruitjes in 10 minuten beetgaar in water met baksoda. Schep ze in ijswater en laat ze uitlekken. Verhit in een pan 1 eetlepel boter, bak het spek erin uit, voeg de uisnippers toe en fruit ze glazig. Doe de spruitjes erbij, warm alles goed door en breng op smaak met zout en nootmuskaat. Bak het broodkruim met de rest van de boter in een koekenpan goudbruin. Serveer de spruitjes in een schaal en garneer met broodkruim.

3. Witlofsalade

Bijgerecht voor 4 personen. Bereidingstijd 20 minuten + 30 minuten wachttijd.

• 300 g geschilde koolraap
• 4 struikjes witlof
• 1 sinaasappel
• 4 el walnootolie
• 2 el citroensap
• 50 g gepelde walnoten
• 2 appels
• zout en peper

Schaaf de koolraap met de dunschiller in flinterdunne plakjes. Snij de witlof in reepjes. Pers de ene helft van de sinaasappel uit; snij de andere in plakjes en dan in kleine partjes. Meng dit alles met de olie en het citroensap. Laat 30 minuten marineren. Hak de walnoten grof. Schil de appels en snij ze in blokjes. Meng de noten en de appel door de witlofsalade. Breng op smaak met zout en peper.

Komkommerschuitjes met radijskwark

Bijgerecht voor 8 personen. Bereidingstijd 35 minuten.
Extra nodig: zesteur.

• 2 rode paprika’s
• 12 radijzen
• paar takjes dille
• 200 g kwark
• 6 el slagroom
• 2 grote komkommers
• zout en peper

Halveer de paprika’s en snij ze in piepkleine blokjes. Snij 2 radijsjes in vieren en dan in dunne plakjes. Rasp de rest van de radijs grof. Hak de dille fijn. Meng de paprika, radijsrasp en dille door de kwark. Breng op smaak met zout en peper. Was de komkommers, snij de uiteinden eraf en trek met de zesteur in de lengte dunne reepjes van de schil zodat een ribbelrand ontstaat. Snij de komkommers schuin in stukken van 2 cm dik. Schep met een theelepel de zaadlijsten eruit. Schep in de uitgeholde stukjes komkommer wat radijskwark en garneer met de plakjes radijs.

Gepocheerde peertjes

Dessert voor 8 personen. Bereidingstijd 35 minuten.

• 1 l rosé
• 4 kaneelstokjes
• 4 kruid­nagels
• 2 steranijs
• 2 peulen kardemom, geplet
• 200 gram suiker
• 8 peren (zoals Williams) met steeltjes

Breng in een pan waarin 8 peren passen de wijn met de specerijen en de suiker aan de kook en laat het op laag vuur 10 minuten zachtjes doorkoken. Schil de peren (laat de steeltjes zitten) en snij met een puntig mesje van onderaf het klokhuis eruit. Zet ze naast elkaar in de wijn en laat ze in 15 minuten tegen de kook aan gaar worden. Haal ze uit de pan, zet het vuur wat hoger en kook het stoofvocht in tot een dunne siroop. Serveer elk peertje met wat rosésiroop.